Pagina's

dinsdag 17 december 2013

dramales 'de drie biggetjes'




dramales over 'de drie biggetjes'

stap 1 — het verhaal

Lang geleden was er eens een oude zeug en die had drie biggetjes. En omdat ze niet genoeg had om hun te eten te geven, stuurde ze hen de wereld in om hun geluk te zoeken.

De eerste die wegging, ontmoette een man met een bos stro en zei tegen hem: "Alsjeblieft man, geef mij dat stro om er een huisje van te bouwen." Dat deed de man en het varkentje bouwde er een huisje van.

Niet lang daarna kwam er een wolf aanlopen die aan de deur klopte en zei: "Varkentje, varkentje, laat mij erin." Waarop het varkentje antwoordde: "Nee, daarin heb ik geen zin, je komt er niet in!" De wolf antwoordde daarop: "Dan blaas ik maar en dan proest ik maar, en zo blaas ik je huisje uit elkaar." En toen blies en proestte hij, blies het huisje uit elkaar en at het kleine varkentje op.

Het tweede varkentje kwam een man met een bos takken tegen en zei: "Alsjeblieft man, geef me die takken om er een huisje van te bouwen." Dat deed de man en het varkentje bouwde zijn huisje. Toen kwam de wolf eraan, die zei: "Varkentje, varkentje, laat mij erin."

"Nee, daarin heb ik geen zin, je komt er niet in."

"Dan blaas ik maar en dan proest ik maar, en zo blaas ik je huisje uit elkaar," antwoordde de wolf ook deze keer. En toen blies en proestte de wolf, en hij proestte en hij blies, en tenslotte blies hij het huisje omver en at het varkentje op.

Het derde varkentje kwam een man tegen met een vracht stenen en zei: "Alsjeblieft man, geef mij die stenen om er een huisje van te bouwen." De man gaf hem de stenen en het varkentje bouwde er zijn huisje mee. Toen kwam, net als bij de andere varkentjes, de wolf, die zei: "Varkentje, varkentje, laat mij erin."

"Waar?" vroeg het varkentje.

"In de tuin bij het huis van meneer Smit. En als je morgenochtend klaar bent, kom ik je afhalen en gaan we er samen een paar halen."
"Heel goed," zei het varkentje. "Ik zal klaar staan. Hoe laat wil je gaan?"

"O, om zes uur."

Het varkentje stond om vijf uur op en haalde de knollen vóór de wolf kwam. Die kwam om ongeveer zes uur en zei: "Varkentje, ben je klaar?" Het varkentje zei: "Klaar? Ik ben alweer terug en ik heb een mooie pot vol gehaald voor het eten." De wolf werd hier erg boos over, maar hij dacht dat hij het varkentje toch wel op de een of andere manier te pakken zou krijgen. Daarom zei hij: "Varkentje, ik weet een mooie appelboom te staan."

"Waar?" vroeg het varkentje.

"In het grote park," antwoordde de wolf, "en als je wilt, haal ik je morgen om vijf uur af om wat appels te gaan halen."

Het kleine varkentje nu repte zich de volgende morgen om vier uur het huis uit en hoopte terug te zijn voordat de wolf kwam. Maar hij moest nu verder lopen en ook nog in de boom klimmen. Zo kwam het dat hij de wolf aan
zag komen toen hij net bezig was weer naar beneden te klimmen. En je kunt je voorstellen dat hij erg bang werd. Toen de wolf eraan kwam, zei hij: "Hé, varkentje, was je hier al vóór mij? En zijn het lekkere appeltjes?"

"Ja, erg lekker," zei het varkentje. "Ik zal er eentje omlaag gooien." En hij gooide hem zover weg dat, toen de wolf weg was om hem op te halen, het varkentje naar beneden sprong en hard naar huis liep.

De volgende dag kwam de wolf weer en zei tegen het varkentje: "Vanmiddag is er jaarmarkt in de stad. Ga je mee er naar toe?"

"O ja," zei het varkentje, "ik ga mee. Hoe laat sta jij klaar?"

"Om drie uur," zei de wolf.

Het varkentje ging zoals gewoonlijk eerder weg en kwam op de markt aan. Hij kocht een regenton, waarmee hij op weg naar huis was toen hij de wolf zag aankomen. Toen wist hij niet meer wat hij moest doen. Hij kroop in de regenton om zich te verbergen, maar toen begon de ton rond te draaien en rolde de heuvel af met het varkentje erin. Hierdoor werd de wolf zó bang, dat hij naar huis holde zonder naar de markt te gaan. Hij ging naar het huis van het varkentje en vertelde hem, hoe bang hij was geweest voor een groot rond ding dat langs hem heen de heuvel was afgerold.

Toen zei het varkentje: "Ha, ha, ik heb je bang gemaakt! Ik ben naar de jaarmarkt geweest en heb daar een regenton gekocht, en toen ik jou zag, ben ik erin gekropen en ermee de heuvel afgerold."


Toen werd de wolf toch zó vreselijk boos! Hij kondigde aan dat hij het varkentje op zou eten en door de schoorsteen zou komen om hem te pakken. Toen het varkentje begreep wat de wolf van plan was, hing hij een pot vol water op en stak er een groot vuur onder aan. En net toen de wolf door de schoorsteen kwam, nam hij het deksel van de pot en de wolf viel erin. Toen deed het varkentje ogenblikkelijk het deksel er weer op, kookte de wolf en at hem op als avondeten. En hij leefde nog lang en gelukkig in zijn stenen huisje.


stap 2 — de dramales

Dit is een drama-activiteit uit vier opdrachten, de eerste opdracht is de opwarming, daarna verkennen de leerlingen de personages (verkenning) en spelen ze tussen de wolf en de biggetjes. In de laatste opdracht verzinnen de leerlingen zelf een situatie om de wolf om de tuin te leiden. Opdracht 1: Wolfje, hoe laat is het?
 De leerkracht speelt de wolf. Hij/zij staat aan de ene kant van het lokaal. De kinderen (de biggetjes) staan aan de andere kant. Ze komen dichterbij en vragen ‘wolfje, hoe laat is het?’. De wolf wordt wakker en zegt ‘tijd om …’. Bv. ‘tijd om eten te maken’, dan beelden de kinderen ter plaatse uit wat de wolf zegt (hier: eten maken). Zegt de wolf ‘tijd om jullie op te eten’, dan vluchten de kinderen weg tot aan de andere kant van  het lokaal waar ze veilig zijn. Geef volgende opdrachten (en af en toe, voor de spanning, tijd om jullie op te eten):-       tijd om de vloer te vegen
-       tijd om een huis te metselen met stenen
-       tijd om te timmeren
-       tijd om te schilderen
-       tijd om jullie te wassen (!)
-       tijd om te dansen
-       tijd om …
  Opdracht 2: Wolf spelen, biggetje spelen.
 Iedereen speelt de wolf. Ze stappen grommend door het lokaal. Op het teken staan ze onbewegelijk stil.  Idem met volgende opdrachten: -       de wolf verschuilt zich achter een boom om de biggen te bespieden
-       de wolf staat voor het huis van stro en blaast het helemaal omver
-       de wolf heeft zin om een biggetje op te peuzelen, hij maakt zich klaar
-      
 idem met de biggetjes: -       het biggetje bouwt met hout een huisje, hij timmert.
-       Het biggetje gooit appels uit de boom
-       Het biggetje is bang van de wolf en verstopt zich
-      
  Opdracht 3: ontmoeting wolf en big
 De kinderen staan per twee verspreid in het lokaal, de ene is de wolf, de andere het biggetje. We spelen vier ontmoetingen tussen de wolf en een biggetje. De leerlingen spelen meteen de verschillende scenes. 
  • De wolf ligt te slapen, het biggetje probeert onopgemerkt voorbij te sluipen.
  • Het biggetje zoekt snel stro om een huisje te bouwen, de wolf komt langs en vraagt wat de big doet.
  • De wolf komt bij het biggetje dat een houten huis aan het timmeren is, de wolf wil het biggetje pakken, maar doet zich pijn aan een spijker en vlucht weg.
  • De wolf ziet het stenen huis en probeert met allerlei smoesjes het biggetje naar buiten te lokken.
 Wisselen van rollen 

Opdracht 4: de wolf misleiden
 Bedenk samen met de klas manieren om de wolf te slim af te zijn zodat hij de biggetjes niet kan opeten. Schrijf ze op het bord of op een flap (of maak tekeningetjes). Verdeel de groep in viertallen. Laat ze de scène spleen waarin de biggetjes elk een ander huis maken. Bij elke big komt de wolf langs. Zorg dat ze nog net een oplossing vinden om van de wolf te ontsnappen. De kinderen kunnen gebruik maken van de misleidingstips die ze bedacht hebben. Op het einde verzinnen ze zelf een manier om de wolf te stricken . Criteria:§  Het is duidelijk wie de wolf speelt, wie welk biggetje.
§  De wolf wordt telkens misleid door het biggetje.
§  Er is een duidelijk einde verzonnen.
 Opdracht 5: Toonmoment en bespreking
 Laat de verschillende groepen de situaties spelen. De anderen kijken toe en vertellen wat ze gezien hebben. Laat de kinderen vertellen over de scène  die ze gespeeld hebben en of het moeilijk was om het einde te verzinnen. 


Als afsluiter van dit deel kan je eventueel het alternatieve verhaal ‘de suiker was op’, het prentenboek waarin het verhaal verteld wordt vanuit het standpunt van de wolf en waarin de biggetjes als dom worden afgeschilderd.Door dit verhaal ‘het echte verhaal van de drie biggetjes’ voor te lezen/te vertellen geef je aan dat het standpunt waarin je het verhaal vertelt erg belangrijk is.
 






Het concept voor deze activiteit (meer over concepten in Zeppelin, didactiek voor muzische vorming). 







9 opmerkingen:

  1. Heel leuk. Heb je de doelen, bouwstenen en werkvormen ervan? Groetjes

    BeantwoordenVerwijderen
  2. De bouwsteen is scèneverloop: (spelinhoud verzinnen), de werkvorm is afspreekspel.
    De doelen zijn:
    - de wezenlijke aspecten van drama ervaren: motieven en gevoelens,
    - zich verwonderen hoe een boodschap via drama gebracht wordt
    - zich inleven in een situatie en dat al spelend vormgeven

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Kan ik hiervan ergens de conceptcirkel vinden zoals in 'zeppelin'?

      Verwijderen
    2. Dag Laura,

      Jawel, in heb ze eraan toegevoegd.

      Verwijderen
  3. Voor welke leeftijd is deze les? Kan dit in een tweede leerjaar?

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ja, dat zou moeten lukken, het hangt er van af hoeveel drama-ervaring de leerlingen reeds hebben. Meer van deze lessen vind je in zeppelin, didactiek voor muzische vorming.

      Verwijderen
  4. Ziet er superleuk uit!

    Ik krijg wel de indruk dat er een stukje uit het verhaal vermist is.
    Het stukje met het bietenveld.

    groetjes

    BeantwoordenVerwijderen